II Quantumgassen

Thermodynamische potentiaal

  • In een gas zonder wisselwerking is de hamiltoniaan de som van één-deeltjes operatoren en kan de partitiefunctie exact berekend worden.
  • De thermodynamische eigenschappen van een Bose-gas en die van een Fermi-gas verschillen fundamenteel.

Met de energie-eigentoestanden | { n i }〉, gekarakteriseerd door de bezettingsgetallen n i (zie vorige pagina), laat zich het spoor in de uitdrukking (1.27) voor de groot-kanonieke partitiefunctie exact berekenen als

2.3

Z(α,β,V)= i n i exp n i ( αβ ε i )

We onderscheiden twee gevallen:

  1. fermionen: een bezettingsgetal n i kan slechts 0 of 1 zijn.
  2. bosonen: een bezettingsgetal n i kan elke niet-negatieve gehele waarde aannemen. De som in (2.3) loopt van nul tot oneindig. Om de som te laten convergeren, moet voldaan zijn aan de conditie αβ ε 0 <0 , ofwel μ ε 0 <0 , met ε 0 de energie van het grondniveau.

In beide gevallen is de reeks over de bezettingsgetallen eenvoudig te sommeren. De twee uitkomsten zijn te combineren in de volgende algemene uitdrukking voor de thermodynamische potentiaal (1.26) van een ideaal quantumgas:

2.4

Φ(α,β,V)=η i log[ 1ηexp(αβ ε i ) ]
  • De thermodynamische potentiaal van een ideaal quantumgas is de som Φ= Φ i van 1-deeltje potentialen voor iedere 1-deeltjetoestand apart.
  • Het quantum-gedrag van bosonen ( η=1 ) en fermionen ( η=1 ) verschilt fundamenteel. Een gas van bosonen noemt men een Bose-gas en een gas van fermionen een Fermi-gas.