Hoofdstuk 3. Oorzaak en gevolg

3.4 Een magistrale formule

Optelformule voor snelheden

Als een voorwerp A (hollend meisje in de trein) beweegt met een snelheid u' ten opzichte van voorwerp B (de trein) en B beweegt met een snelheid v (in dezelfde richting) ten opzichte van voorwerp C (de rails), dan is de snelheid van A ten opzichte van C gegeven door de magistrale formule van Einstein voor het optellen van snelheden:

u= u'+v 1+ u'v c 2

Legenda: snelheden zonder accent worden gemeten door de stilstaande waarnemer, met accent door de bewegende; v is de snelheid van de bewegende waarnemer. Het voorwerp dat beweegt t.o.v. de bewegende waarnemer heeft voor hem snelheid u', voor de stilstaande waarnemer snelheid u. u, u', v en c hebben dezelfde eenheid (bv. ms-1).

  • In deze paragraaf gaan we een exact kwantitatief antwoord geven op de vraag: ‘Als een rode trein langs een perron rijdt met snelheid v, en in de trein holt een meisje met blauwe ogen in de rijrichting met snelheid u’, wat is dan de snelheid u van het meisje ten opzichte van het perron?’

    Om het antwoord te vinden maken we gebruik van de eigenschappen van gelijkvormige driehoeken in het platte vlak. Zie fig. 3.5. We leiden de gewenste uitdrukking voor u in termen van u’ en v, af in zeven stappen, waarbij we gebruik maken van het feit dat de twee groene driehoeken in figuur 3.5 gelijkvormig zijn: ze verschillen in grootte, maar hebben dezelfde vorm. Er is dan een vaste verhouding tussen de corresponderende zijden van beide driehoeken. Ben je klaar voor een klein potje rekenen?

    Afbeelding
    Figuur 3.5 Afleiding van de optelformule

Een buitenaards ruimteschip beweegt met een snelheid van 0,4 c richting de aarde. Ze vuren een raket op de aarde af met een snelheid van 0,8 c.

  1. Bereken met Einsteins formule de snelheid van de raket ten opzichte van de aarde.