Synopsis Quantummechanica III

Mathematics is the tool especially suited for dealing with
abstract concepts of any kind and there is no limit to its power in this field
.
Paul Dirac

Quantumtheorie

  • De quantummechanica zoals hiervoor besproken heeft zich in de jaren 1925-40 ontwikkeld tot een fundamentele natuurkundige theorie gestoeld op een consistent wiskundig formalisme en een robuuste onderbouwing door experimenten en waarnemingen.
  • Het wiskundige kader is in hoofdzaak te danken aan Paul Dirac (1902-1984) en John von Neumann (1903-1957), één van de grootste wiskundigen van de twintigste eeuw.

Hieronder bespreken we de belangrijkste uitgangspunten (postulaten) van de formele quantumtheorie. Achtereenvolgens komen aan de orde:

  1. Toestandspostulaat
    Toestandsfuncties van quantumsystemen worden wiskundig beschreven door genormeerde vectoren in een (complexe) Hilbertruimte.
  2. Superpositieprincipe
    Als twee vectoren in de Hilbertruimte mogelijke toestanden representeren van een quantumsysteem, dan representeert een lineaire combinatie (superpositie) van deze vectoren ook een toestand waarin het systeem zich mogelijkerwijs kan bevinden.
  3. Quantisatieprincipe
    In het quantumformalisme worden meetbare grootheden gerepresenteerd door hermitische operatoren op de Hilbertruimte. Deze operatoren hebben een reëel eigenwaardespectrum dat geïnterpreteerd wordt als de verzameling van mogelijke meetuitkomsten voor de corresponderende grootheden.
  4. Waarschijnlijkheidsinterpretatie
    Als metingen aan een systeem in dezelfde quantumtoestand meerdere malen worden uitgevoerd dan vindt men de mogelijke meetwaarden met een waarschijnlijkheid die gegeven wordt door de Born-regel. Deze regel is een generalisatie van de waarschijnlijkheidsinterpretatie van de golffunctie oorspronkelijk voorgesteld door Max Born in 1926.
  5. Projectiepostulaat
    Als een meting van een bepaalde fysische grootheid wordt verricht aan een quantumsysteem met als uitkomst één van de eigenwaarden geassocieerd met die grootheid, dan bevindt het systeem zich na meting in de corresponderende eigentoestand.
  6. Evolutiepostulaat
    Tijdevolutie van een quantumsysteem correspondeert met een unitaire transformatie van de toestandsvector.